
Postmodernisme in het kort
‘Postmoderne theologie’, wat? Misschien heb je er nog nooit van gehoord of gelezen. Nou, je bent niet de enige. Ik ben er een aantal jaar geleden mee in aanraking gekomen en heb er flink mee geworsteld. Ik begreep er niets van, vond het vaag en onbegrijpelijk, toch heb ik er een aantal waardevolle lessen uitgehaald. Ik leg het in het kort en hopelijk in begrijpelijke taal voor je uit in dit artikel. Ik geef je verderop in de tekst drie lessen die we van de postmoderne theologie kunnen leren. Eerst maar eens in het kort wat postmodernisme is.
Als we postmoderne theologie willen begrijpen zal ik eerst iets moeten zeggen over het postmodernisme, hoe zat het ook alweer? Velen zijn het er over eens dat het postmodernisme zijn oorsprong heeft bij voornamelijk Franse filosofen. De heilige drie-eenheid van het postmoderne denken zijn dan ook allemaal Frans: Derrida, Lyotard en Foucault. Ik pak voor nu Derrida er uit. Derrida is namelijk bekend door zijn ‘deconstructie’. Dit is interessant en wil ik meer over uitleggen als ik een aantal kenmerken benoem van het postmodernisme.
Deconstructie en postmodernisme

Arie Zwiep (prof. aan de VU) zei het ooit heel simpel tijdens een symposium met John D. Caputo (vooraanstaand denker in de ‘postmoderne theologie’). Hij zei: “Deconstructie is continue de vraag stellen: Is dat echt zo”? Het gaat uit van het idee, dat alles wat ooit gestructureerd is als vaststaande concepten, ook kan worden gedeconstrueerd. Door herhaaldelijk de vraag te stellen: “Is dat echt zo”?, kan men steeds dichter bij een goede interpretatie komen van de tekst. Het postmodernisme kenmerkt zich dan ook voornamelijk door scepticisme.
Ook taal wordt in twijfel gebracht. De filosofie van Derrida is een zekere ‘taalfilosofie’. Derrida, samen met andere ‘deconstructivisten’, zijn erop uit om te laten zien dat taal een onbetrouwbaar en instabiel medium is. De betekenis van woorden zijn relatief. Woorden zoals ‘God’, maar ook ‘Koninkrijk van God’ zijn typisch woorden of taaluitdrukkingen. Derrida wil aantonen dat deze begrippen en taaluitingen geconstrueerd zijn op basis van willekeurige uitgangspunten.
Stefan Paas (theoloog des vaderlands van 2019) heeft het ooit omschreven als de voortzetting of het proces na het modernisme van het deconstrueren van oude verhalen (Lyotard), zekerheden, betekenis en waarheid in het leven. In een postmoderne samenleving kijken alle betekenis en zekerheden weg te vallen. Wat voorheen aangenomen werd als waarheid, wordt in een postmoderne samenleving bekritiseerd en betwijfeld.
Postmoderne theologie en wat jij er van kan leren
Okay, maar wat heeft dit met theologie te maken? Ik heb mij dit vaak afgevraagd en nog steeds vind ik het soms moeilijk te beantwoorden. Zonder hier nu te diep op in te gaan, is het voornaamste denk ik dit: ondanks dat de mens alle oude verhalen over boort heeft gegooid, blijft de mens toch geloven. De waarde van de postmoderne theologie is, dat als je alles loslaat en alles betwijfelt en bekritiseerd aangaande het geloof in God en je toch blijft geloven, je daar wel eens de kern te pakken kunt hebben. Hoe moeten we die kern beschrijven of woorden aan geven, dat is wat postmoderne theologen doen. Dit is dan ook het eerste wat je naar mijn idee kunt leren van deze postmoderne theologie: durf je je geloof los te laten? Durf je je eigen geloof te bekritiseren en vragen te stellen? Wat betekent het geloof als je het niet durft kwijt te raken? Wat stelt het voor als je bang bent om het los te laten? Misschien is het dan wel niets, toch?
Ik heb een blog geschreven over wat ik beoog met pop-up theologie. Hierin benoem ik een aantal kernwaarden. Een van deze waarden is dat het onderzoekend is, dat het geen makkelijke antwoord tracht te geven op moeilijke vragen. Het durft te zoeken en ook de theologie te bevragen. Zo kunnen we ook het postmoderne denken met een open blik en een onderzoekende houding benaderen en proberen te leren van deze filosofie. Neem bijvoorbeeld deconstructie en de nadruk die op taal wordt gelegd. Is dit iets slechts? Leerde Luther ons niet met zijn ‘sola scriptura’ heel nauwkeurig de bijbel te lezen? Het tweede punt dat we kunnen leren van de postmoderne theologie is dat het heel kritisch kijkt naar de taal van de bijbel. Dat kritisch woorden als ‘God’ en ‘Koninkrijk van God’, onder een vergrootglas legt en zichzelf afvraagt, wat wordt hiermee bedoelt? Dit kan een zeer waardevolle studie zijn en nieuwe inzichten opleveren.
Als laatste geloof ik dat de postmoderne theologie aansluiting weet te vinden bij een de zeer sceptische mens die geen genoegen meer neemt met oude 16e eeuwse antwoorden om 21e eeuwse vragen. Hoewel ik persoonlijk nog steeds inspiratie vindt in theologen van die tijd, kan het verfrissend zijn om ook kennis te nemen van de antwoorden die de postmoderne theologen weten te vinden. Wellicht zet het voor de postmoderne mens een deurtje open voor het geloof.
Wat haal jij nog meer uit het postmoderne denken?
Heb jij nog lessen voor jezelf gehaald uit het postmoderne denken? Deel ze met mij, ik ben erg benieuwd. Je kan hieronder reageren of deel de blog met iemand die dit misschien interessant vindt.
Beste Martijn,
Toevallig kwam ik op jouw site waarin het ging over postmoderne theologie. Of ik nog lessen uit het postmoderne denken heb gehaald; zeker !
Als kind groeide ik op in een calvinistisch gezin. Een groot gezin in zin van aantallen kinderen. Ik woonde op een boerderij. Ik kende de Bijbelse verhalen, want mijn vader las elke dag voor uit de Bijbel na het eten en als kind geloofde ik elk woord.
Op zondag mochten we niks; niet werken, niet naar het zwembad, niets kopen, we gingen nergens heen, natuurlijk mochten we wel de dieren voeren en de koeien melken. Twee keer per zondag naar de kerk. We gingen naar een – op dat moment – grote kerk met op een bepaald moment wel 3 diensten per zondag. Ik vermoed dat er in die tijd wel meer dan 1000 mensen kwamen op een zondag.
Al deze dingen hebben mij meestal niet gestoord, ik hoef het niet van mij af te schrijven, ik vond het prettig, de dingen waren duidelijk, het gaf me een veilig gevoel. De cultuur waarin ik leefde was gericht op de bijbel en op de tradities, maar de betekenis van het evangelie was niet mij bekend. Wij hadden eigenlijk meer affiniteit met het OT dan met het NT.
Je kan je voorstellen dat mensen uit dit milieu niet snel gaan evangeliseren, want wat moet je zeggen en waar moet je het over hebben. Wat dat betreft zijn het net postmoderne theologen. Als ik nu terugkijk dan kan ik zeggen dat het voor mij een gelukkige tijd was, ik heb er een positief gevoel aan over gehouden.
Maar in de loop van tijd veranderde de kerk. Wij kregen predikanten die de bijbel zagen als een moeilijk te begrijpen boek vol mythen. Ergens in dat moeilijke boek was het woord van God, maar ze wisten niet precies waar en ook niet wat dat woord precies was. Ze pelde de verhalen als uien, schil voor schil werd er afgehaald op zoek naar de kern. Maar het bleef onduidelijk waar de kern was en het leek erop dat de kern voor iedereen anders was.
De inhoud van de preken hielden in de loop van de jaren steeds meer verband met de maatschappij en linkse politiek en gemeente leden liepen met spandoeken “stop de bom” (de neutronenbom van die tijd). De preken waren zonder boodschap met veel bevragingen en weinig antwoorden, het was soort hard-op-filosoferen.
“Wie is Jezus “? We weten niet precies wie Hij was en wat we er mee moeten. Wat is waarheid? Dat weten we ook niet, er zijn zoveel waarheden, ieder heeft zijn eigen waarheid. Er zijn veel waarheden en veel messiassen. En elk volk heeft zijn eigen boek. En welke Jezus bedoel je ? die van het geloof of de historische Jezus. Van de historische Jezus weten we weinig, misschien wel niets.
Ik ging niet naar de grote stad, maar de theologen van de grote stad kwamen helemaal naar ons kleine christelijk dorpje. Feitelijk waren het meer filosofen dan theologen. Maar ja dat is logisch als je de filosofie in de theologie haalt.
Van een gelovig calvinistisch jongetje veranderde ik in een volgeling van de postmoderne theologie hoewel ik toen nog niet wist wat dat was. De boodschap van mijn kerk was dat iedereen zijn eigen waarheid had en wie Jezus is dat kunnen we niet weten. En veel verhalen in de bijbel waren natuurlijk niet echt gebeurd, het waren overgeleverde verhalen zoals elk volk zijn eigen stoere verhalen had. Zoals oma nog geloofde in het verhaal van Jona in de walvis, zo geloofde natuurlijk niemand meer. De Wallevis was eigenlijk een café en Jona had zijn rekening niet betaald en daarom gooide ze hem er uit.
Toen ik jong was, was de kerk waar wij heengingen een grote kerk met wel 3 diensten op een zondag. Heden ten dage is er weinig meer over van die kerk, misschien dat er nog 100 mensen komen, gelijkgestemden. De mensen gingen ergens anders heen of helemaal niet meer. Ik wist toen al wel dat ik het er niet mee eens was met deze ziens wijze, maar hoe het wel zat kon ik niet uitleggen.
Op een bepaald moment ben ik naar de VS gegaan. Ik werkte daar voor een bedrijf en ik woonde in een gezin die gelovig waren en naar een gemeente gingen. Er werd openlijk gesproken en gediscussieerd over het geloof, meestal ging het over de verhalen uit NT en over de betekenis van Jezus en het evangelie. Er was een actieve gemeente en ik ging daar ook naar een evangelisch jeugdvereniging, een beetje zoals NSL of NSA maar dan zonder bier. Alles in een ontspannen sfeer, ik ging naar een doopdienst van één van de jongere, gewoon in het zwembad in de tuin.
Natuurlijk was ik als postmoderne jongeling niet voor of tegen, want iedereen moet doen wat hij denkt dat het beste is voor hem of haar, even goeie vrienden. Na een bepaalde tijd ging in weer terug naar Nederland en ook weer terug naar die bepaalde kerk waar ik altijd heen ging. Maar toen ik daar weer terug was kwam ik tot de ontdekking dat ik veranderd was zonder dat ik er zelf om gevraagd had.
Het bleek dat ik in die ongeveer 9 maanden dat ik in dat gezin en in hun milieu verbleef, mijn ogen geopend waren voor een paar dingen:
1) Dat er zo iets als waarheid bestond.
2) Dat die waarheid een persoon was;
3) dat die persoon de Weg de Waarheid en het Leven was
4) Dat ik niet gek was; er waren miljoenen die dat ook geloofden.
5) Hetzelfde gold voor de bijbel; ik mocht de bijbel lezen zoals het er staat en geloven zoals het er staat.
Wat ik meemaakte kan je vergelijken met de overgang van uit de mist stappen in een heldere zomerse dag. Ik kwam door deze ontdekking in een heel ander soort leven terecht met mezelf. Mijn leven kreeg fundament. Mijn voeten kregen vaste grond. Ik had het gered. Ik was ontsnapt uit het moeras van de postmoderne theologie van vertwijfeling, verwarring en bevraging.
Dus als mensen vragen waarom spreek jij altijd over het evangelie (want dat doe ik schijnbaar) dan is het antwoord hetzelfde als het antwoord van die man die een akker wilde kopen omdat hij er een schat in gevonden had (Math 13:44). Ik heb een schat gevonden en ik wil er over vertellen in de hoop dat iemand anders ook die schat vindt, in de hoop dat andere ook vanuit de mist in dat heldere zonlicht mogen komen.
De 28 (misschien zijn het er meer of minder) beloften die hier staan worden ons aangeboden door God, via Jezus en de motivatie waarom God dat doet is Zijn liefde ons; zoals het staat in Rom 8:39:
“Hoe hoog we zijn gestegen of in welke diepte wij ons ook bevinden niets in de hele schepping kan ons scheiden van de liefde van God die ons gegeven is in Christus Jezus onze Heer” (HTB).
Je kan het evangelie vergelijken met een steen die je in het water gooit. In het midden heb je een kleine rondje – de kern waar de steen het water raakt – dat stelt Jezus voor – en daarom heen krijg je steeds wijdere ringen. Die wijdere ringen stellen de dingen voor die secundair zijn.
Als we stoppen met te praten over de betekenis van het evangelie, de betekenis van het kruis of over de betekenis van Jezus, of het te devalueren door er een ander betekenis aan te geven, dan is het automatische gevolg dat we het gaan hebben over de andere onderwerpen die liggen op de buitenste ringen. Zoals de onderwerpen die gaan over de maatschappij, armoede en rijkdom, over kans ongelijkheid, over de positie van mannen en vrouwen, over het milieu of de tradities; allemaal goeie dingen, maar dat zijn allemaal zaken van de buitenste ringen. De kern is het evangelie.
Nadat ik mijn voorgenoemde kerk verlaten had, mocht ik meedoen aan het starten van een huiskring om een nieuwe gemeente te starten, een baptistengemeente. We zijn begonnen met 15 mensen, nu zijn komen er ca 1000 bezoekers per zondag. Daarnaast zijn er in de buurt ook andere gemeentes begonnen met zo’n 500 bezoekers, een pinkstergemeente. Dat is dan wel weer het voordeel van de postmoderne theologie.
Godzijdank kwam ik uit het moeras van het postmoderne denken. Dat is een groot wonder. Het is gemakkelijker dat een ongelovige tot geloof komt dan dat de geestgelijke ogen van een postmodern mens open gaan.
Toen ik op jouw site de lofzangen las over deze filosofie, dacht ik eerst dat het een stukje tekst was van iemand uit de jaren zeventig. Ik wist niet dat er nog mensen waren die zich hier nog mee bezig hielden. De leegloop van de katholieke en protestante kerken van de laatste 40 jaar heeft wel bewezen dat je niet moet wedden op het paard van het postmoderne denken.
Mijn les is dat ik nooit meer iets mee te maken wil hebben.
Beloften voor vandaag & straks
Vandaag
1. Door Jezus heeft God mij vergeven (Rom. 8:34)
2. Door Jezus ben ik gered.
3. Door Jezus ben ik rechtvaardig (Rom. 4:24-25) (2.Cor.5 :21).
4. Door Jezus ben ik iemand die leeft in een herstelde relatie met God.
5. Ik ben geliefd. God houdt van mij (Rom.8:37-39)
6. God heeft zijn liefde voor mij bewezen door Jezus voor mij te laten sterven.
7. Door Jezus hoef ik niet bang te zijn voor de dood.
8. Door Jezus hoef ik niet bang om God te ontmoeten.
9. Ik hoef niet bang te zijn dat ik niet genoeg gedaan heb.
10. Door Jezus heb zekerheid.
11. Door Jezus ben ik gereinigd en mag ik onberispelijk voor Hem staan.
12. Door Jezus heb ik de HG ontvangen (Rom.8:23, 26).
13. Door Jezus heb ik eeuwig leven.
14. Door Jezus ben ik (geestelijk gezien) opnieuw geboren.
15. Door Jezus ben ik bevrijd van bindingen aan zonden en duisternis.
16. Door Jezus ben ik een kind van God (Rom 8:16).
17. Door Jezus ben ik deel van Gods gezin.
18. Door Jezus mag ik in de waarheid wandelen.
19. Door Jezus staat mijn naam in het boek van het leven.
20. Door Jezus zal de schepping bevrijd worden uit de macht van dood en verval (Rom. 8:21)
Straks
1. Door Jezus krijg ik een nieuw huis in de hemel.
2. Door Jezus krijg ik een hemels lichaam, wat onberispelijk is.
3. Door Jezus zal ik mijn gelovige geliefden en andere gelovigen weer ontmoeten.
4. Door Jezus zal ik delen in het plan wat God heeft met de nieuwe hemel en nieuwe aarde.
5. Ik zal op Christus lijken.
6. Er zal geen ruzie zijn, geen oorlog, geen verdriet, geen pijn en geen tranen.
7 Het zal schitterend zijn (Rom 8:18)
8.Door Jezus zal ik als koning heersen.